WAT IS VOETBALLEN MEER DAN ….?
Wat is voetballen meer dan het herhaald pogen om een leren zak in een net te schoppen? Helaas zijn er veel te veel figuren die niet verder kijken dan dat kunstje en de beleving daarvan vertalen met soms primitief daarop reagerende emoties. De daarbij behorende fanatieke “ontlastingen” spelen zich zowel binnen als buiten de lijnen af. Maar ook verder daarbuiten ontwikkelen zich reactiepatronen waarbij de maatschappelijke normen en waarden (te) ruim worden overschreden.
Daarnaast zijn veel clubs vergroeid tot een vaak onsamenhangende mengelmoes met een
wanhopig kader dat krampachtig de boel bij elkaar probeert te houden. Eén en ander ontaardt in organisatorische en financiële problemen die te vaak leiden tot de ondergang van de vereniging. Als ik hier het lijstje van de verdwenen verenigingen zou willen plaatsen moet ik de redactie van Haaglanden Voetbal verzoeken voor mij een compleet A4-tje te reserveren. Overigens kan ik me die moeite toch wel besparen omdat iedereen die een beetje in de voetbalwereld thuis is, zelf een lijstje van “overleden” clubs kan genereren.
VROEGAH
Bij deze overwegingen word ik ingehaald door een woord dat geboren is in de zogenaamde Haagse taalstructuur van ene Harry. Ik bedoel “vroegah”. Ik kan terug zien op een lange reeks ervaringen in de voetbalwereld, bijna een mensenleven lang.
In die potpourri van herinneringen herleven de oude clubs die in herkenbare vorm kleine gemeenschappen waren, ontstaan uit een spontane actie van een collectief dat zijn oorsprong vond in familieverbanden, buurten, bedrijven, parochies en dergelijke. Aan een huiskamertafel, een café-achterkamertje of een parochiehuis werden de plannen gesmeed om een voetbalclub op te richten. Het lukte niet altijd omdat er om zeer gevarieerde redenen te weinig animo was of omdat bijvoorbeeld meneer pastoor tegen was.
Stond de club er eenmaal, dan was het een afspiegeling van de achterban met een overmaat aan vrijwilligers, gedreven door het begrip dat het “hun” clubje was. De jonge jongens liepen te voetballen en de ouderen droegen de organisatie. Een weiland en een bouwkeet werden gekoesterd en net zo lang bewerkt totdat het een door burgerinitiatief gedragen eldorado was. Het totale management werd opgedeeld in hapklare brokken waarvoor voldoende vrijwilligers beschikbaar waren . De liefde voor de club was een waarborg voor de handhaving van de normen en waarden zoals die in de achterban werden beleefd.
Ik suggereer niet dat er toen “heiligen” liepen te voetballen. Ook toen floreerden de “strafcommissies” met een nadrukkelijke uitstraling. Welke oudere voetballer herinnert zich niet de “voetbalrechtbank” zoals die in hotel Terminus op het Stationsplein werd uitgeoefend.
In de club in oervorm trok Ome Leen de lijnen (en ruimde de koeienvlaaien van het veld), stond Ome Bram achter de bar en draaide Tante Coba de gehaktballen. Geen gezeur over gezond voer, gewoon hard gekookte eieren, frites en frikadellen en niet te vergeten de kogelflesjes met mierzoete limonade. Bier werd ook verkocht en niemand maalde om een vergunning. De ballen werden voor de wedstrijd opgepompt en de kapotte gingen naar “Excelsior” in de Weimarstraat voor reparatie.
De voorzitter was een erkende notabele die dan ook als “meneer” werd aangesproken. Voor de functie van penningmeester werd een gerespecteerde middenstander gezocht die op z’n minst een beetje verstand had van boekhouden. De contributies werden aan de deur geïncasseerd en op een contributiekaart afgetekend. Secretaris werd de man die bewezen had bedreven te zijn met pen en inkt, in elk geval beter dan het gemiddelde lid.
Als je het goed getroffen had, was er stromend water en een riolering. Zo niet dan werd uit de naastliggend sloot water opgepompt tot in een ketel op het dak van de kleedruimten. Een bordje bij de kranen gaf aan dat het in elk geval geen drinkwater was. Meestentijds werd een douche overgeslagen omdat je er na harder stonk dan daarvoor. We vergeten even dat dezelfde sloot ook een bijrol had als vervangend riool.
Een clubgebouw was een ongekende weelde dus gingen we voor vergaderingen, de klaverjasavonden en dergelijke naar een zaaltje bij de kroeg, het parochiehuis of een buurthuis.
De club was een voedingsbodem voor vriendschappen voor het leven, liefdevolle relaties gevolgd door traditionele huwelijken met toekomstige aanvulling voor een jeugdafdeling en mogelijk aanstormende talenten voor de selectie.
Besturen hadden contact met collega-bestuurders op de districts- en afdelingsvergaderingen.
De spelers van de verschillende clubs kenden elkaar omdat ze jarenlang bij één en dezelfde vereniging bleven. We hebben de”Oude Haagse Glorie” gekend, voortkomend uit de behoefte de oude contacten op te halen. Thans is er het toernooi van de verdwenen clubs dat een vergelijkbare functie vervuld.
De KNVB bestond uit mensen en je kon gewoon met ze praten. Nu zijn het sites en je moet over vingers met een redelijke type-vaardigheid beschikken om te kunnen communiceren.
Maar denk niet dat het allemaal koek en ei was. Er gebeurde echt nog wel eens wat op de velden. Ook toen waren voetballers mensen. Om een voorbeeld te geven. Mijn vader was in de dertiger en veertiger jaren scheidsrechter. Hij floot ooit een wedstrijd waarbij hij een speler van het veld durfde sturen. Toen mijn pa zich in zijn kleedkamer aan het omkleden was, stond de betrokken speler buiten met een mes klaar en had kennelijk minder menslievende bedoelingen. Mijn vader was in zijn jonge jaren een stevige vent en had tussendoor het kampioenschap boksen middengewicht van Zuid-Holland bereikt. Mijn moeder die het incident op afstand zag gebeuren, wist me jarenlang te vertellen dat het probleem met een goed geplaatste linkse directe werd opgelost.
Ik weet, dit heeft allemaal de geur van “vroegah” en doet wat primitief aan, maar je kunt wel jaloers kijken naar de beperkte en overzichtelijke omvang van de toenmalige problemen. Als je de huidige situatie wilt omschrijven is een club steeds meer een consumptieobject aangepast aan en aangetast door het drukke, egocentrisch gerichte leven waar steeds minder ruimte is voor het aangaan van verplichtingen zonder een economisch toegevoegde waarde.
Vroegah, waardevolle herinneringen !
Dries Weber
© Haaglanden Voetbal
The post De column van Dries Weber appeared first on Haaglanden Voetbal.