In de tweede jaargang, op de donderdag om de veertien dagen, laat Haaglanden Voetbal-redacteur Carel Goseling zijn licht schijnen over voetbalzaken. Dat kunnen onderwerpen zijn uit zowel het betaalde- als amateurvoetbal.
Vrijwilligers
Amateurvoetbal zonder vrijwilligers is onmogelijk. Toch zijn er steeds minder mensen die op de voetbalclub ‘om niet’ de handen uit de mouwen willen steken. Met name in verstedelijkt gebied wordt het een steeds nijpender probleem.
De oorzaken zijn niet moeilijk te achterhalen. De oude garde, de échte clubmensen, is langzamerhand op leeftijd en stopt er mee. Jongeren stappen niet in hun voetsporen. Werken voor niets past niet in hun gedachtenschema. Bovendien slokt het kostbare tijd op waarin veel leukere en spannender dingen te doen zijn.
Daarbij komt nog dat een steeds groter deel van de leden bestaat uit mensen met een niet-Nederlandse achtergrond. Mensen die de idee vrijwilligerswerk niet kennen. Het is een vreemd begrip voor hen tenzij het gaat om hun eigen club; een vereniging waarbinnen zij de dienst uitmaken.
Ik geef toe; in dorpen is het beeld genuanceerder. Maar daar is de saamhorigheid ook groter. In een kleine gemeenschap is iedereen bij de club betrokken. Van jongs af aan. Is er nog échte clubliefde. Dan is het niet zo vreemd om diezelfde vereniging te helpen als dat nodig is. Verenigingen doen van alles en nog wat om aan de noodzakelijke vrijwilligers te komen. Leden wordt bijgebracht dat lid zijn niet alleen rechten geeft, maar ook plichten met zich mee brengt. En dat die plichten niet zijn af te kopen door de contributie te betalen.
Tegelijk worden leden ‘gedwongen’ vrijwilligerswerk te gaan doen. Verplichte bardiensten per team is daar een uitvloeisel van. Of een toeslag – lees: een boete – op de contributie voor degenen die het verdommen, om welke reden dan ook, iets op de club te gaan doen. Vijftig euro per seizoen is al het minimumbedrag. Of het helpt? Zaken verplichten verhoogt de animo bij betrokkene meestal niet. En wie controleert mogelijke ontduiking? Staan daar sancties op? Zo ja, wie dwingt het dan af? Juridisch niet direct handhaafbaar.
Amateurclubs zijn bedrijven geworden. Zeker met de drang naar groei. Ondernemingen draaien op personeel. Werknemers. En die worden betaald. Vroeg of laat zal het amateurvoetbal daar ook toe moeten overgaan. Vrijwilligers betalen. Er bestaan vrijwilligersvergoedingen. Belastingvrij. 4,50 per uur, 150 euro per maand, 1500 euro per jaar. Net zoals spelers betaald worden via een stichting, kunnen vrijwilligers via deze weg ook een beloning ontvangen.
Maar er is meer. Amateurclubs die uit het bestand van het UWV mensen ‘aannemen’ – ook tijdelijk – kunnen daarvoor allerlei subsidies krijgen. Die kunnen oplopen tot duizenden euro’s per persoon per jaar. Daarnaast kan gemeentelijk beleid uitkomst bieden. Deze lokale overheid kan mensen die een uitkering krijgen via de gemeente, verplichten in ruil daarvoor vrijwilligerswerk te gaan doen. En waarom dan niet bij de lokale amateurvoetbalvereniging? Van hun kant zullen de verenigingen zelf ook na moeten gaan hoe ze het voor vrijwilligers zo aantrekkelijk mogelijk kunnen maken om iets voor de club te doen. Niet alleen qua faciliteiten, maar ook als het gaat om aandacht en waardering. Daarbij kan gerust gedacht worden aan een gratis drankje en hapje op zijn tijd, een waardebon van een sponsor, een uitje of feestavond. Mogelijkheden genoeg.
Kritisch punt is het beleid van de club. Groter groeien is mooi, maar als dat streven niet hand in hand gaat met een goed vrijwilligersbeleid, keert de wal uiteindelijk het schip. Een ook gezien het vrijwilligersbestand, behapbare groei dan wel omvang van de vereniging, is altijd nog beter dan een snelle groei die gevolgd wordt door een even snelle ineenstorting.
© Haaglanden Voetbal
The post De Vierde Helft (16) appeared first on Haaglanden Voetbal.